Lando Norris verraste zichzelf tijdens de kwalificatie voor de sprintrace van de Braziliaanse Grand Prix. Hij start de race zaterdag vanaf de tweede plaats.
Drie sessies lang – van de enige vrije training tot en met het tweede deel van de sprint kwalificatie – was hij vrijdag de snelste van allemaal, maar bij het sluiten van de markt moest Lando Norris de pole voor de Braziliaanse sprintrace dan toch aan Oscar Piastri laten.
De Australiër wist op de valreep van SQ3 zijn Engelse teamgenoot met 29 duizendsten van een seconde te verschalken en zo de pole naar zijn kant van de garage te brengen. Voor Norris rest zaterdag slechts P2, maar ondanks die ‘nederlaag’ was Norris na afloop van de kwalificatie vooral blij met de performance van zijn MCL38. Hij had vooraf niet durven voorspellen zo snel te zijn op het Autódromo José Carlos Pace. “Dit was een hele vooruitgang ten opzichte van waar we eerder op de dag stonden. We hadden het erg moeilijk”, trapt Norris af. “We waren toch wel wat verrast dat we zo snel waren vandaag, maar dit was natuurlijk wel een prettige verrassing.”
Dat Piastri zaterdag in de sprintrace voor hem staat is misschien niet zo’n prettige verrassing voor Norris, zeker met een hongerige Verstappen in zijn rug en de wetenschap dat Piastri alles in het werk zal stellen om een overwinning uit het vuur te slepen. Dat maakt het misschien des te zuurder dat Norris tegen het einde van SQ3 nog even uitzicht had op pole, maar zijn laatste snelle rondje in het water zag vallen.
“Ik maakte iets te veel fouten in mijn laatste ronde, dus ik ben maar naar binnen gegaan. Maar als team hebben we het goed gedaan.”
Klaar met vragen over Verstappen
Op de vraag hoe hij aankijkt tegen het mogelijke duel dat hem morgen met Verstappen staat te wachten, zegt een duidelijk geagiteerde Norris: “Joh, ik heb geen idee. Ik heb zo’n hekel aan deze vragen. Ik wil gewoon racen, het zal me een zorg zijn waar hij zich kwalificeert. Ik moet me gewoon concentreren op mijn eigen werk en dat is het. Het is elke keer weer dezelfde vraag. Het maakt niet uit of hij eerste is of laatste, ik doe gewoon mijn best.”
