Aprilia heeft het doek gehaald van de RS-GP voor het MotoGP-seizoen 2025. De meeste aandacht ging uit naar aanwinst en regerend wereldkampioen Jorge Martín.
In de afgelopen maanden is er veel veranderd bij Aprilia. Het gevoel is positief, men verwacht een flinke stap voorwaarts. Aan ambitie in elk geval geen gebrek. En dat kan ook niet anders als je de nieuwbakken wereldkampioen aan boord hebt gehaald. Het hoogtepunt van de presentatie in Milaan was de onthulling van de RS-GP25 van Jorge Martín, met daarop het startnummer #1. De MotoGP-kampioen heeft de keuze om met dit nummer te gaan rijden, maar mag ook vasthouden aan zijn permanente startnummer. De Spanjaard wilde na het binnenslepen van zijn hoofdprijs nog niet bevestigen of hij daadwerkelijk met de #1 zou gaan rijden. Ook in de wintermaanden hield hij de fans in spanning, tot vandaag.
Toch brengt dat eenvoudige getal ook de nodige verantwoordelijkheid met zich mee, zo realiseert het merk zich maar al te goed. Intern heeft men er alles aan gedaan om de aansluiting met de top te vinden. Zo is er afscheid genomen van ‘capitano’ Aleis Espargaro en Maverick Viñales, evenals van technisch topman Romano Albesiano. Naast Martín zijn ook Marco Bezzecchi en Fabiano Sterlacchini als TD aangetrokken.
“Het seizoen 2025 is voor Aprilia Racing het begin van een nieuw tijdperk, met als doel om een hoofdrol op te eisen en niet alleen te achtervolgen”, zegt CEO Massimo Rivola. “Het doel is helder: altijd competitief zijn, in elke race. Met twee sterke, getalenteerde en gemotiveerde rijders, en een eveneens toegewijd team en fabrikant, kunnen we iets speciaals opbouwen. De RS-GP25 heeft enorm veel potentie. Onze taak is om dat ten volste te benutten in de 22 races van dit kampioenschap.”
Hoge verwachtingen bij Martín
Na vier jaar bij Ducati, met de wereldtitel bij satellietteam Pramac als hoogtepunt, begint ook voor Martín een nieuw hoofdstuk. “Ik ben heel erg blij met deze nieuwe uitdaging: races winnen met Aprilia. Mijn doelen zijn duidelijk, we moeten ons nu concentreren op het beste uit onszelf te halen. Ik zit op de juiste plek om mooie dingen te laten zien. Het is een geweldige uitdaging, we zijn allemaal zeer gemotiveerd. Ik voel veel warmte van het team en ik denk dat dit de perfecte plek voor mij kan zijn. We kijken allemaal uit naar de start van het seizoen.”
Zijn nieuwe teamgenoot Bezzecchi verliet zijn ‘familie’ bij VR46, het team waar hij in de Moto2 en MotoGP vijf jaar voor uitkwam. De rijder uit Rimini zint op eerherstel na een matig 2024, waarin hij slechts een podiumplaats pakte nadat hij het jaar ervoor als derde eindigde in de WK-stand.
“Ik ben blij me bij dit team te voegen. Het wordt geweldig en ik ben erg blij zo’n belangrijk merk te mogen vertegenwoordigen. Het is echt een eer, zowel persoonlijk alsmede als rijder, om deel uit te maken van een fabrieksteam. Ik kan niet wachten tot we de baan op gaan.”
De Aprilia RS-GP25 betekent een grote evolutie voor het MotoGP-project van het merk. Elk detail is opnieuw vormgegeven om op het hoogste niveau mee te kunnen doen. Naar eigen zeggen zijn alle elementen van de machine verbeterd: van aerodynamica tot chassis en van elektronica tot de V4-krachtbron.
Startnummer #1
Martín neemt het kampioensnummer over van Francesco Bagnaia, die de afgelopen twee jaar de #1 op zijn Ducati mocht plakken. Voor het eerst in meer dan twee decennia heeft de MotoGP daarmee voor het derde opeenvolgende jaar een rijder met dit startnummer op de grid. De afgelopen jaren kozen diverse rijders ervoor om vast te houden aan hun permanente startnummer en niet te kiezen voor #1. Valentino Rossi was in het eerste jaar van het MotoGP-tijdperk de eerste die ervoor koos om het iconische #46 te blijven gebruiken. Pas in 2007 werd het kampioensnummer voor het eerst gebruikt in de hedendaagse MotoGP, toen Nicky Hayden na zijn titel in 2006 besloot de #1 te voeren. Een jaar later was het cijfer wederom aanwezig op de grid, maar toen op de machine van Casey Stoner.
Jorge Lorenzo koos in 2011 eveneens voor #1, net als Stoner een jaar erna. Voor de eerste titel van Pecco Bagnaia hielden alle overige kampioenen vast aan hun eigen startnummer.