Na een reeks unieke racebanen keert F1 terug op een traditioneel circuit: Circuit of The Americas. Voor Ferrari is dit een cruciaal moment om te peilen waar ze staan.
Ferrari is de afgelopen races goed voor de dag gekomen. De SF-24 kreeg gaandeweg het seizoen steeds meer last van het welbekende porpoising en viel terug in de pikorde. De vloerupgrade in Barcelona lag hieraan ten grondslag, waarna een aantal revisies aan de onderkant van de auto dit probleem moest oplossen. De laatste herziening was voor de Grand Prix in Monza, die meteen werd gewonnen door Charles Leclerc. Ook tijdens de race van Baku en Singapore kwam de Italiaanse renstal beter voor de dag, maar het unieke karakter van de laatste drie races maakt dat het team nog geen definitieve conclusies kan trekken.
Carlos Sainz is zich hiervan bewust, maar merkt dat het zelfvertrouwen binnen het team groeit.
“Ik denk dat hoe meer circuits we hebben gehad sinds Monza, hoe meer vertrouwen we hebben dat de upgrades op alle circuits werken”, vertelt de Spanjaard. “Maar ik heb altijd gezegd: we zullen niet weten hoeveel we hebben verbeterd op circuits als Spa en Zandvoort – waar we het erg lastig hadden – totdat we op Austin hebben gereden. Dit zal dus de belangrijkste test voor ons zijn. We zullen zien of de upgrades ons in de juiste richting hebben geduwd voor een normaal circuit, zoals hier in Austin.”
Hoop op kampioenschap nog levend
Met een achterstand van 75 punten op McLaren en nog zes Grand Prix-weekenden te gaan geeft Ferrari de droom om de constructeurstitel te pakken nog niet op. Het weekend in de Amerikaanse staat Texas is daarom een cruciaal moment voor de Scuderia.
“Ons geloof in de constructeurstitel zal de komende races gevormd worden. We zouden erin geloven als alle banen zoals Singapore, Baku en Monza zouden zijn. De moed zal zakken als de standaard circuits in Austin, Mexico en Brazilië tegenvallen. Hier gaan we terug naar snelle bochtencombinaties en de lange doordraaiers. Laten we zien waar we op dit soort banen staan en of we net zo hard kunnen vechten als in Singapore.”